17 november 2021

950gram en 35cm

Dit artikel schreef ik op 17 november 2020. Voor Otto, maar ook voor mezelf. Ik wil het graag ook een plekje geven op onze blog en vandaag, op wereldprematurendag, is daarvoor een mooie dag ❣️ This boy, he made me so powerful.

Lieve Otto, what a ride. Ik kan een boek schrijven over onze start. Misschien doe ik dat ooit. Routinecontrole op 24 weken bij de gyn bleek een baarmoederhals die open stond & een vruchtzak die uitgezakt was & op springen stond. Ik zag het onmiddellijk aan z’n blik. Jij moet met spoed naar de MIC (Maternal intensive Care) zei hij rustig. (Maanden na de bevalling zei de gyn me dat hij er geen hoop op had).

Aangekomen op de MIC werd ik gekanteld zodat de druk op de vruchtzak verminderde. Die avond werd ik met spoed geopereerd, eerst ondersteboven gehangen, dan noodcerclage op de baarmoederhals. Een ingreep die in meer dan 90% van de gevallen fout afloopt & een bevalling die zich opdringt binnen de 24u. Maar het alternatief was niet veel beter. Als bij wonder bleef je zitten. 3 weken en 2 dagen bleef je nog bij me. Ik lag in bed, non stop. Ik dronk met een rietje om me zeker niet te verslikken, want hoesten of verslikken was bevallen. Neonatologen kwamen op bezoek om me te waarschuwen dat je nog niet levensvatbaar was en geen kans maakte als je nu zou komen. Dat ze zouden proberen om je te redden, maar niet tot het uiterste zouden gaan. Ik liet het over me komen, ik vroeg me af of ze niks beters te doen hadden dan een moeder haar courage afpakken. Ik was vastberaden, elke dag was een dag gewonnen.

Op de MIC was ik een onderzoeksobject. Ik ‘kreeg’ dagelijks echo’s, stagiaires mochten van alles op me uittesten, er werd 3 keer per dag bloed geprikt om m’n CRP te checken. Ze zaten er bovenop. Eén verpleegster begreep dat ik meer was dan dat onderzoeksobject, ze zat bij me en praatte met me. Ik keek altijd ZO uit naar haar shift. Als ze een paar dagen thuis was crashte ik.

Ik lag in Sint-Jan waar ik een paar jaar voordien zelf stage liep op mic, neonato & kinderpsychologie. Ann, m’n stagebegeleidster kwam regelmatig op bezoek. Zij regelde dat ik geen echo’s meer zou krijgen. Ik wou het niet meer, ik wou geen dagelijkse update over hoe verkort m’n baarmoederhals was, hoeveel vruchtwater er nog was, hoeveel infectieparameters er verstoord waren. Ik voelde dat het klopte, ik wou iedereen weg. Zij ging botweg op de gang zeggen aan de gyn dat het genoeg geweest was. Ik was zo dankbaar, ik kon het niet zelf.

Na m’n opname belde ik m’n homeopate wat ik kon doen, ze schreef me supplementen voor, ik verstopte ze in m’n kastje en nam ze zonder dat de dokters dit wisten. Iedereen stond versteld van hoe lang het lukte om je ‘op te houden’. Hun testen waren ontoereikend. Ik wist wat ik deed.

Op een avond kwam een verpleegster binnen met een stagiaire. Ze gingen een onderzoekje doen, vaginaal, met handschoentjes. Alles was ‘in orde’. Die nacht werd ik onrustig, ik kreeg weeën. Ik wist dat je op komst was, niemand geloofde me. Ik had de hele nacht niet geslapen & was niet klaar voor het ontbijt. De verpleegster kwam binnen &trok de gordijnen open, ze zei dat ik m’n kop niet mocht laten hangen. Ze snapte niet wat er aan de hand was. Ze behandelde me alsof ik depressief werd terwijl ik me mentaal op m’n bevalling aan het voorbereiden was.

M’n buik was niet zo dik, ik lag constant neer en ik was maar 27 weken ver. Ik zei dat ik zou bevallen, niemand geloofde me, ik had weeën om de vijf minuten, ze zetten een monitor op me. Doordat m’n buik niet dik genoeg was gaf die nauwelijks iets van meting. Doordat de machine geen meting gaf geloofde niemand me. Ik had heel de dag weeën en pijn, intense pijn. ik vroeg om extra bloed te prikken en m’n CRP te checken, het was vrijdag en om 16u ging iedereen naar huis. Om 17u kwam de assistent binnen gesneld dat ik extreem verhoogde CRP had en onmiddellijk moest bevallen. Iedereen werd terug opgeroepen, neonatologen bereidden zich voor om je op te vangen. Ik werd met spoed naar de bevallingskamer gebracht. Ik was al 24u in arbeid zonder dat iemand dit opgemerkt had. Ik kon niet meer, was uitgeput. Ik wou GEEN epidurale. De gynaecoloog liet op zich wachten, de assistent mocht niks doen. De gyn werd enkele keren opgebeld dat hij zich moest haasten. Ik kon niet meer, ik moest overgeven van de pijn, ze overtuigden me om epidurale te nemen, ik liet ze doen. Ik werd rustig, de weeën verdwenen, de gyn kwam binnen. Vertel eens wat hier aan de hand is zei hij: ik zei: ik ging bevallen maar t is over. Ik wou het niet meer.

Hij keek intravaginaal en zei geschrokken, oei alles is al doorgescheurd (cerclage op de baarmoederhals). Hij moet nu komen. Ik had geen weeën meer, ik kon niet meer persen, ze dreigden met keizersnede, ik gaf al wat ik nog had om je eruit te krijgen, heel het neonato team stond klaar. Je werd geboren en werd weggevoerd. Ik was kapot. Ik bleef bloeden, ik hoorde nog wat telefoontjes naar dokters of ze me medicatie mochten geven om die bloeding in te perken. Ik bleef verweesd achter.  Een uur later kwam de neonatoloog updaten dat het zeer goed met je ging, je saturatie in je bloed was extreem goed na je geboorte en je werd nu beademd. Ze zouden bellen als we mochten komen kijken. Dat zou uiteindelijk nog 4uur duren.

Ik begon melk af te kolven. Ik kende dat van na Ella’s geboorte, maar kreeg niks opgepompt, de verpleegsters kwamen kijken & helpen & duwen, maar het lukte niet. Het werd weggezet als stressreactie. ’s Nachts kwam een verpleegster bij me zitten en zag dat er een lek in de pomp zat. Het lek werd gedicht en de melk kwam.

De eerste keer dat we je zagen was mooi, je was rustig, werd in slaap gehouden. Na een paar dagen werd je van de beademing gehaald en verloor je vocht waardoor je er vreselijk uitzag, het beeld was bijna niet te dragen. Ik wist niet wat ik kon doen, je lag daar in dat bakje, zo weerloos en ik, ik zat naast je, praatte met je, probeerde je te troosten als je onrustig was, ik huilde, heel veel en ik kolfde, overal waar ik ging had ik m’n borstkolf mee. Ik had het gevoel dat dat het enige was wat ik kon doen voor je.

Ik werd ontslaan uit het ziekenhuis en kon bijna niet meer wandelen, ik had geen spieren meer na 4 weken in bed te liggen. Ik moest elke dag op en af naar Brugge en kon de wandeling van m’n auto naar neonato bijna niet doen, ik had vreselijke spierpijn. Op een dag kwam ik thuis van Brugge. Ik werd gebeld door de onthaalmoeder van Ella dat ze gevallen was en een open wonde had net boven haar oog, ik sprong in m’n auto en reed met Ella naar spoed om de wonde te laten naaien. Ik had m’n borstkolf mee en begon te kolven op spoed terwijl Ella naast me genaaid werd.

Na een tijdje mocht je in bad, IK wou dat bad geven, ik verbood verpleegsters om je in bad te doen. Als ik s ochtends vroeg om 7u in de file stond naar Brugge en mogelijks te laat zou komen belde ik neonato om te zeggen dat ik op komst was en ze in geen geval aan het bad mochten beginnen. Ik hield in de gaten of ze de juiste melk opwarmden, met de juiste chronologie qua datum. Als je het gevoel hebt niet veel te kunnen doen, ga je dingen uitvinden 😉

Doorheen deze maanden kregen we dikwijls zeer slecht en verontrustend nieuws. Wat me keer op keer opviel was dat de verpleging hier geen raad mee wist. Als ik op het randje van breakdown stond vroeg iemand me: gaat het? Ik zei nee en begon te huilen. Ze ging weg want kon gaan afvinken dat ze ‘welbevinden’ bevraagd had. De enige verpleegster waar ik me goed bij voelde was degene die ook ooit een kindje op neonato gehad had. Ik voelde de connectie met haar in alles. Er was een verpleegster die ik na een paar fouten niet meer in de buurt van Otto wou en ik liet haar door de hoofdverpleegster eraf halen. Ze was nooit meer verantwoordelijk voor Otto tijdens haar shift.

Ik schreef alles op, tien pagina’s, al m’n ervaringen gecombineerd met m’n kennis als psychologe in de vroegkinderlijke ontwikkeling. Ik bracht alles naar de hoofdverpleegster, naar Ann die verantwoordelijk was voor neonato en naar de directie van Sint-Jan. Ze waren me allen dankbaar voor de schat aan info over de beleving als ouder en de noden die je op zo’n moment hebt.

Terwijl ik 1,5j eerder Ella op afraden van de neonatologen te vroeg mee naar huis nam en moest ondertekenen dat dit op eigen risico was, wist ik dat dit bij Otto geen optie was en dat ik geduld zou moeten hebben, veel geduld.

Op de laatste dag Brugge, net voor je naar neonato Roeselare gebracht zou worden, leerde ik Kathy kennen, een prachtige vrouw en een schat van een moeder. Haar tweeling lag enkele bedjes naast Otto. We stonden samen in de lift en begonnen te praten. The universe arranged this. We hebben elkaar zo vaak gebeld en gesmst nadien met al onze twijfels en zorgen, zo dankbaar! We zien elkaar nog altijd, een connectie voor het leven denk ik.

Otto, je had een enorme wil om geboren te worden, je wou de wereld zien, je wou het alleen doen. En dat lukt je wonderwel. Het is een proces geweest met vallen en opstaan, heel veel vallen en heel veel opstaan. Ik heb je beschermd als een leeuwin haar welpen beschermt. Ik heb voor je gevochten en m’n stem leren gebruiken op momenten dat ik niet durfde. Je hebt me zoveel geleerd. Ik heb nog nooit zoveel wilskracht gezien bij een kind, je ziet en begrijpt de wereld op een manier die ik bewonder. Je zit in de zetel bij de tandarts te discussiëren over de behandeling die ze je willen aansmeren. Omdat je vindt dat het niet klopt wat ze zeggen. Ik aanschouw het tafereel en denk woops, is dat wel volgens de regels van onze 3D samenleving? Tegelijk loop ik over van trots. Je doet het toch maar. Je hebt me gemaakt tot wie ik ben, het was een harde les, maar ik zeg met veel dankbaarheid dat het de moeite waard was. Ik zou het nooit anders gewild hebben.

Ik kan uren schrijven en vertellen, maar het traumatische is eraf. Vroeger lukte me dit niet zonder te huilen. Als ik achteraf kijk naar waardoor ik meest getraumatiseerd werd is dat door de medicalisering van alles en het ontkennen van alles wat ik als moeder intuïtief voelde. Ik ben zo vaak opgekomen voor wat ik voelde bij mezelf en bij Otto en werd genegeerd of de mond gesnoerd met testjes en wetenschappelijke studies. We leven in een samenleving waarin de ratio overgewaardeerd wordt en waar het gevoel en de intuïtie zo veel mogelijk weggedrukt wordt, want dat is niet meetbaar en controleerbaar. Als er iets is waar ik voor wil leven dan is het daarvoor. De erkenning van wat we voelen, het diepe innerlijke weten. Niet enkel als je kind te vroeg geboren wordt, maar altijd en overal.

M’n homeopate zei altijd dat m’n boog gekraakt was en dat ik voortaan kwetsbaarder zou blijven, nu 8j later voel ik dat niet meer. Ik voel me sterker en vooral wijzer dan ooit. Ik voel me als persoon zoveel rijker. Ik voel zoveel dankbaarheid.

Aan iedereen die meelas, bedankt, aan iedereen die mee gaat op mijn weg, ik hou van jullie x